De nieuwsrubrieken spreken dagelijks over voorbeelden waar de Staat zich gedwongen ziet om virtuele acties te ondernemen die werkelijke gevolgen hebben (vrijheid van meningsuiting op sociale netwerken tijdens verkiezingen, IT-aanvallen op grote nationale bedrijven die het land kunnen stilleggen).

In deze context organiseerde de Franse regering op 7 en 8 februari 2022 een bijeenkomst over digitale soevereiniteit in Parijs. Hier volgt een korte terugblik op een voor Oodrive fundamenteel onderwerp die inzicht zal geven in de uitdagingen en de rol die Franse bedrijven de komende jaren moeten spelen in het kader van digitale kwesties.

Digitale soevereiniteit: een complexe definitie

Om het begrip digitale soevereiniteit beter te begrijpen is het nodig dit vanuit verschillende (juridische, politieke, economische) hoeken te belichten in een kader van continue confrontatie tussen de korte cyclus van de digitale vooruitgang en de lange cyclus van het politiek debat.

In 2019 werd dit begrip in het rapport van de onderzoekscommissie van de Senaat over digitale soevereiniteit gedefinieerd als “de capaciteit van de Staat om te handelen in de cyberruimte”[1]. Dit komt er concreet op neer dat digitale soevereiniteit het vermogen van de Staat is om de digitale wereld te controleren en beïnvloeden, met name met betrekking tot data.

Vanuit juridisch standpunt kan deze soevereiniteit Liberaal en defensief zijn (recht op bescherming van persoonsgegevens in Europa, bescherming van burgers tegen de GAFAM). Een ander meer autoritair standpunt bestaat uit het bevestigen van de autoriteit van de Staat op bedrijven die in het bezit komen van steeds meer data (bijvoorbeeld: China en de censuur van zoekmachines). Digitale soevereiniteit kan ook worden belicht vanuit een economisch en politiek standpunt. Zo kan dit begrip verwijzen naar een Staat die het machtsevenwicht wil herstellen en de verontrustende digitale afhankelijkheid wil elimineren jegens buitenlandse multinationale bedrijven die regels kunnen opleggen die leiden tot quasi oligopolistische situaties en die onder de jurisdictie van andere landen vallen (extraterritorialiteit).

Dezelfde Staat kan ook optreden en bedrijven op zijn eigen grondgebied beschermen. Het is geen verrassing dat 65% van het Franse kaderpersoneel en bedrijfsleiders van mening is dat digitale soevereiniteit een grote uitdaging is voor hun bedrijf[2].

Deze digitale giganten (Amazon, Google enz.) verzamelen data met een volledige beheersing van de waardeketen, en creëren op deze wijze een machtsverhouding spelers die data bezitten en spelers die de verwerkte data eenvoudig consumeren. Bovendien is de concurrentie met deze spelers steeds moeilijker vanwege de verzamelde van data (datanetwerkeffect).

Er moet concreet worden gewerkt aan een virtueuze cirkel Hoe meer een bedrijf data verzamelt van nieuwe klanten, des te beter is het in staat om de relevantie van zijn algoritmen te verbeteren en des te meer verbetert het de kwaliteit van zijn diensten of producten om makkelijker nieuwe klanten aan te trekken.

Het niet beheersen van deze data kan een groot concurrentienadeel inhouden op nationale schaal. Hoe kan men namelijk deze technologie van de toekomst ontwikkelen, als men zelfs zijn eigen data niet beheert? Hoe kunnen bedrijven concurrerender worden als zij technologisch afhankelijk zijn van andere bedrijven om waarde te genereren?

Deze multinationale bedrijven ontwikkelen algoritmen met een grote invloed op het leven van de burgers en de activiteiten van bedrijven, besluiten om inhoud te schrappen volgens willekeurige criteria enz. Sommigen ontwikkelen zelfs diensten die vergelijkbaar zijn met die van Staten en die hen zo kunnen beconcurreren in overheidstaken (bijv. het Libra-project van Facebook).

De gevolgen van digitale soevereiniteit op nationaal en Europees niveau

Op nationale schaal hebben de meeste Staten geen digitale soevereiniteit ondanks een gevoelige context (cybercriminaliteit, staatsspionage enz.). De situatie is nog zorgelijker omdat de Staten vaak sterk afhankelijk zijn van de digitale reuzen. Het gevolg is dat een Staat de cyberveiligheid van zijn strategische belangen niet kan garanderen en gevaar loopt een “digitale kolonie” te worden van landen die het extraterritorialiteitsbeginsel aanwenden voor strategisch doeleinden[3].

Zeldzame initiatieven voor een echte digitale soevereiniteit hebben nog vaak te kampen met de inventiviteit van de GAFAM met betrekking tot fiscale optimalisering en een gebrek aan kennis op het gebied van nieuwe technologieën (datacultuur) bij de wetgevers. Op Europese schaal gaan de zaken gelukkig wat sneller omdat de nood hoog is. Ter herinnering: 92% van de westerse data worden gehuisvest in de Verenigde Staten[4]. Daarom werden er bepaalde wetten (GDPR) die verband houden met gegevensbescherming aangenomen. Sommige projecten hebben de verdienste dat zij al in uitvoering zijn (Europese Soevereine Cloud[5]), maar zijn nog niet zo ver gevorderd als hun buitenlandse concurrenten. De Europeanen lijken tenminste bewust te zijn van hun concurrentie met landen als China of de Verenigde Staten. Men dient zich te verenigen en Europese kampioenen te ontwikkelen die kunnen steunen op een grote markt en de nodige publieke steun om de uitdagingen aan te gaan.

Het “Scale Up Europe” initiatief

De noodzaak om Europese kampioenen te ontwikkelen neemt concreet vorm aan in een programmaloop die als doel heeft vele startup-bedrijven te steunen. Daarom werd het initiatief “Scale Up Europe” in maart 2021 in het leven geroepen. Het project werd gelanceerd met de Europese Commissie en bestaat uit diverse spelers met een enkele doelstelling: vóór 2030 meer dan 10 technologische bedrijven oprichten binnen de EU met een waarde van meer dan 100 miljard euro.

Deze bedrijven zullen een alternatief bieden voor buitenlandse aanbiedingen (69% van de Fransen voelt zich gedwongen gebruik te maken van de diensten van Amerikaanse giganten vanwege het gebrek aan Europese alternatieven[6]), de Europese digitale soevereiniteit versterken en middels innovaties bijdragen aan de welvaart van het continent. Digitale soevereiniteit is daarom zowel een bestaande als toekomstige uitdaging die niet alleen gevolgen heeft voor het bedrijfsleven maar voor Staten in hun geheel. Het ontwikkelen van deze soevereiniteit is alleen mogelijk door gemeenschappelijke particuliere en openbare inspanningen op Europees niveau. Het doel is om technisch rijpe alternatieven te ontwikkelen en in te voeren, die tevens commercieel haalbaar zijn tegenover de bestaande oplossingen.



Inscription à la newsletter

Abonnez-vous pour recevoir toutes les actualités autour du numérique de confiance

newsletter.jpg
vague-newsletter.png
Inscription à la newsletter

Abonnez-vous pour recevoir toutes les actualités autour du numérique de confiance